Klimaatrechtvaardigheid en landschap
Vorig jaar verscheen het boek ‘Tijd verdwijnt uit het landschap’, gemaakt door fotograaf Annemarie Hoogwoud en schrijver Jaap Jepma. Het gaat over de verandering van het Friese landschap, treffend weergegeven in interviews waarin verschillende mensen op een voor hen belangrijke plek reageren op de titel van het boek. De titel is een essay op zich en geeft te denken. Met het verdwijnen van de tijd bedoelen de auteurs dat een functionele en efficiente landschappelijke inrichting leidt tot verlies aan kwaliteit. Overal dezelfde dingen; alles lijkt op elkaar. Het landschap wordt onleesbaar.
Een van de geinterviewden, Roel Klopstra, draait dit om. De tijd verschijnt in het landschap, stelt hij. Dat wil zeggen dat het landschap ook de manifestatie van verandering is. Belangrijke kenmerken van de veranderingen van deze tijd zijn functionaliteit en nivellering, wat in de titel van het boek ‘het verdwijnen van de tijd’ wordt genoemd.
Tegenwoordig verschijnt de tijd in het landschap door de opkomst vanuit het perspectief van klimaatrechtvaardigheid. Klimaatrechtvaardigheid betekent allereerst dat de kosten van klimaatmaatregelen niet bij de armsten terecht moeten komen. Maar het betekent ook dat klimaatmaatregelen zouden moeten bijdragen aan meer rechtvaardigheid in het algemeen. Dat een maatregel als vergroening van steden bijvoorbeeld niet mag leiden tot een prijsopdrijvend effect, waardoor woonwijken onbetaalbaar worden voor armeren. Volgens een nog verdergaande opvatting betekent klimaatrechtvaardigheid dat de gedeelde structurele oorzaken van zowel klimaatverandering als onrechtvaardigheid moeten worden weggenomen.
Hierover bestaat – natuurlijk – geen consensus. De een baseert zich op de meest vergaande opvatting en terwijl de ander stelt dat klimaatverandering en onrechtvaardigheid twee verschillende problemen zijn, die je vooral niet met elkaar mag verwarren. Er is ook discussie over verschillende soorten invalshoeken bij dit onderwerp, met name in de Engelstalige literatuur. Ik noem er een paar: green justice, environmental justice, environmental equity, environmental equality, spatial justice, eco-justice, landscape justice. Het zijn alle termen die op de een of andere manier natuur, milieu of landschap koppelen aan rechtvaardigheid.
Maar het gaat me hier niet om opvattingen of definities. Het gaat me erom dat rechtvaardigheid uberhaupt opkomt als thema bij het nadenken over de inrichting van het landschap. Het kwam al vaker aan de orde, bijvoorbeeld in de vraag hoe al die mooie droogmakerijen eigenlijk zijn gefinancierd of in de discussie over de toegankelijkheid van natuurgebieden en landgoederen. Nu komt het op als klimaatrechtvaardigheid. Hierin zien we de tijd in het landschap verschijnen.
Ook in dit nummer van Landschap speelt rechtvaardigheid een rol, onder meer in de bijdrage waarin een nieuw narratief voor de rurale ruimte wordt geschetst of in het interview over landschapsinclusieve landbouw. Maar als je goed leest speelt het op de achtergrond altijd een rol bij welk artikel over landschap dan ook.
WIM DE HAAS, HOOFDREDACTEUR