IN HET VELD – Citizen science in Kyabobo
Puffend klimmen we, bij 28 graden, omhoog naar ‘Breast mountains’.
Twee kenmerkende heuvels die je al op kilometers afstand van Kyabobo ziet liggen.
Kyabobo (spreek uit: Tjabobo) ligt in Ghana, een Nationaal Park op de grens met Togo. Tropisch bos op steile bergruggen. Bovenop Breast Mountains hebben we een prachtig uitzicht op de bergruggen van het park, en verderop de savanne. Kyabobo is een van de parken die ik ondersteun als adviseur vanuit ontwikkelingsorganisatie SNV. Euitenlandse Zaken ondersteunt de natuurbescherming met geld voor parkinfrastructuur, -beheer en toerismeontwikkeling. Voorwaarde is dat ik als adviseur de voortgang bewaak. Het is snel duidelijk dat ze van toerisme weinig kaas hebben gegeten. Daar zal ik een plan voor ontwikkelen.
Er is geen goede kaart van het park. Zelfs hoofdattracties als watervallen staan niet op de kaart. Er zijn wat GPS-tracks van de anti-stroperijpatrouilles, maar door de steile hellingen en het dichte tropische bos zijn de GPS-routes in grote delen van het park niet betrouwbaar. Hoe kun je een toerismeplan ontwikkelen zonder kaarten?
Na wat piekeren over het probleem dient zich een oplossing zich aan. Ik laat het park een kampeerplaats met sanitaire faciliteiten aanleggen. Daarna organiseer ik een ‘toerismeweek’ voor enthousiaste buitensporters.
Met circa 15 vrijwilligers gaan we de paden verkennen en beoordelen voor toeristische activiteiten: ‘citizen science’! Deelnemers zijn van verschillende nationaliteiten: Ghanezen, Nederlanders, Zwitsers, Fransen, Nepali en Duitsers. Waaronder collega’s van de ambassade en SNV. Ook nog een aantal Amerikaanse Peace Corps volunteers (jongeren die een jaar sociaal werk doen).
Elke dag onderneemt men in groepjes een activiteit: wandelen naar een waterval, naar Breast Mountains of langs de grensrivier. Meerdere deelnemers hebben hun eigen mountainbike meegebracht en fietsen routes. De Amerikanen doen aan ‘tubing’, op een band de rivier afzakken. Ieder groepje krijgt een GPS mee om de route vast te leggen, net als een formulier waarop ze beoordelen hoe mooi het is, hoe zwaar, hoe lang, de hoogtepunten. Zo vullen we geleidelijk voor het hele park de kaart in. Op de laatste avond is er als beloning een barbecue, samen met de nationale parkstaf. Het is zo succesvol (en er zijn zoveel paden) dat we dit het jaar daarop nog eens herhalen.
Het levert een mooie kaart op (bekijk hier de pdf-versie) met lichtere en zwaardere wandelingen en een paar fietsroutes. Ook zijn er spirituele plaatsen om te bezoeken, zoals een grot van de voorvaderen, met bovenop de bergrug een kampeerplek op een platform. En er is een dam met vogelkijkhut. Het jaar daarop kan het toerismeplan met het geld van de ambassade uitgevoerd worden.
(Over tubing: trap er niet in als het aangeboden wordt, er is te weinig stroming en de Amerikanen werden aangevallen door ‘army ants’ die in het riet zaten. Die beesten kunnen venijnig bijten.)
THEO VAN DER SLUIS